Om een schaakles goed te laten verlopen heb je “structuur” nodig. Regels om te zorgen dat de les goed verloopt moet je in de eerste les met de kinderen doornemen en eventueel meegeven naar huis. Op zich niets bijzonders want de kinderen zijn op school gewend aan allerlei schoolregels. Veel van die schoolregels zijn ook hier opgenomen, soms iets meer op de schaakles toegespitst. Overal waar LERAAR staat kan de naam van de club of jouw naam ingevuld worden. Uiteraard kan je regels toevoegen of verwijderen, al naar gelang de situatie.
Een duidelijke structuur scheelt veel tijd, ongemak en problemen!
LESREGELS
- Tot het begin van de les kan je even ‘vrij schaken’ of verder werken in je werkboek.
- Als LERAAR de groep roept: luister dan direct! (niet doorspelen!)
- Als LERAAR aan een andere groep les geeft dan moet je met vragen even wachten of aan een ander vragen. Als je elkaar helpt: wel stil zijn zodat je de les niet stoort.
- Heb je een vraag: vinger omhoog.
- Als iemand praat, dan zijn de andere pupillen stil en luisteren
- Werkboek mag mee als je thuis nog wat wil doen of moet inhalen. Niet vergeten het werkboek weer mee te nemen naar de les!
- Zet altijd je naam boven een blaadje met opgaven
ORDEREGELS
- Schelden, pesten, rennen, stoeien of onsportief gedrag is niet toegestaan!
- Je mag tussendoor naar de WC: wel even tegen LERAAR zeggen dat je gaat.
- Kom niet aan de spullen in het lokaal!
- Afval in de prullenbak gooien.
- Op het einde van de les ruimen we met z’n allen op: de plek voor werkboeken, reservestukken, potloden, gummen, borden en stukken is voor iedereen bekend.
- Stoelen en tafels zetten we met z’n allen weer netjes terug, zoals het voor de les stond of zoals LERAAR het wil.
- Niet vragen om na te kijken als we gaan opruimen! (LERAAR heeft misschien nog wel even tijd om na te kijken als alles opgeruimd is en de groep naar buiten is!)
- Na het opruimen wacht iedereen totdat LERAAR de middag of avond afsluit.
- LERAAR geeft aan wie er gaat vegen en de tafels gaat afnemen
- Als je het lokaal uitgaat krijg je van LERAAR een hand.
- Als we competitie spelen: wees stil!, geef een handje voor de partij, geef de uitslag door, zet de stukken in de beginstelling als je klaar bent, speel na je partij voor de competitie nog een potje of ga verder in je werkboek, bemoei je niet met andere partijen, bij problemen LERAAR direct roepen, aanraken is zetten: dus n iet volgens “eigen regels” spelen.