Er zijn diverse vormen van samenwerking bekend tussen schaakclubs onderling, maar ook met andere partners. In dit artikel worden diverse ideeën uiteengezet.
Interne competitie
De interne competitie samen met een andere schaakclub verspelen komt regelmatig voor. De competitie wordt aantrekkelijker: meer deelnemers, meer sterkere deelnemers, twee speelavonden, etc. Een “dubbellid” bij de KNSB is gratis, dus dit idee is goedkoop te realiseren.
Externe competitie (*)
Er zijn veel voorbeelden bekend van clubs die samen gingen werken om (gemengd) aan de externe competitie deel te nemen. Soms een voorbode voor een fusie, soms ook een bundeling van (externe) krachten om hogerop te komen.
Samen met andere (KNSB-)teams in dezelfde locatie spelen van een competitieronde is een leuke manier van samenwerking. De kosten van de accommodatie kunnen gedeeld worden en ook kan je activiteiten voor clubgenoten organiseren (toernooitje, uitleg, alternatieve middag) die geen KNSB spelen.
Accommodatie / materiaal
Spelen in dezelfde accommodatie komt bij nogal wat schaakclubs voor, bijvoorbeeld in een denksportcentrum. Indien de clubs gezamenlijk gebruik maken van het materiaal (borden, stukken, klokken, meubilair) dan hoef je als aparte schaakclub minder aan te schaffen. Het gebruik van een computer (voor de indeling, standen) en printer kan uiteraard ook gedeeld worden met andere clubs (dammen, bridge, go, ??). Indien een schaakclub in school huist, is het natuurlijk handig als de – eventuele – schaakleraar op die school ook gebruik kan maken van het reeds aanwezige materiaal.
Kan je gezamenlijk de accommodatie huren, dan is het misschien mogelijk om daar korting op te krijgen. Ook komt het wel eens voor dat men zaalruimte deelt met bijvoorbeeld een dam- of bridgeclub, zodat de huurkosten goedkoper uitvallen.
Veel clubs spelen in dezelfde accommodatie de KNSB-wedstrijden. Als de accommodatie groot genoeg is dan kunnen er naast die wedstrijden ook nog andere activiteiten georganiseerd worden. Het Kennemer open in Haarlem is daar een voorbeeld van. Een groot Zwitsers toernooi voor niet-KNSB spelers in dezelfde accommodatie waar Haarlemse KNSB-teams schaken.
Ook zijn er clubs die andere schaakactiviteiten (simultaan, toernooitje, uitleg) organiseren op de middagen dat er KNSB-wedstrijden gespeeld worden. Goed idee om de verbinding tussen top en rest van de club te versterken.
Ook een “denksportinstuif” is een idee: meerdere (denk-)sportclubs huren een ruimte waar men vrij kan spelen, een toernooitje spelen, een partij kan inhalen of trainen.
Trainingen
Jeugdtrainingen kunnen heel goed samen met andere clubs georganiseerd worden. Bij kleinere clubs zijn er steeds minder pupillen, naarmate het schaakniveau stijgt. Tevens is het lastig om een geschikte (professionele) trainer te vinden en te financieren. Door dergelijke trainingen samen met een buurclub te organiseren is het mogelijk om ook deze groep goed te trainen: je hebt meer pupillen en twee clubs betalen mee!
Trainingen voor volwassenen zijn in de schaakwereld nog niet overal standaard. Bij veel clubs wordt er wel “iets” aan training gedaan, maar in de meeste gevallen zijn dat goedbedoelde lessen door een sterke speler van de club, zonder dat die speler didactisch geschoold is of over geschikt trainingsmateriaal beschikt. Daarnaast loopt het niveau van de deelnemers vaak erg uiteen – hetgeen niet optimaal is – en is het animo vaak te gering om een ervaren trainer in huis te halen. Door de trainingen voor volwassenen samen te organiseren met buurclubs is het misschien mogelijk om (a) grotere, homogene trainingsgroepen samen te stellen (b) een ervaren trainer te contracteren en (c) de kosten te verdelen. De regionale bond zou op dit terrein natuurlijk ook een rol kunnen spelen.
Massakampen
Een hele oude vorm van samenwerking is de “massakamp”: met zoveel mogelijk schakers is een massale schaakstrijd tegen spelers van de andere club. Voorwaarde is natuurlijk wel dat de aantallen en het schaakniveau – redelijk – overeen komen tussen de twee clubs. Is dat het geval, dan heb je als club jaarlijks een leuke schaakactiviteit erbij!
Toernooibezoek
Gezamenlijk naar toernooien gaan is gezellig. Vaak is dit zaak van individuele leden, maar de club kan hier ook een actieve rol in spelen. Bijvoorbeeld door toernooien aan te kondigen, vervoer te regelen, etc.
Toernooi organiseren
Een bekende samenwerking is die waarbij clubs hun krachten bundelen om gezamenlijk een schaaktoernooi te organiseren. Denk dan eendagtoernooien, jeugdtoernooien of scholentoernooien.
Kroegen / cafés
Het – vrijblijvend – schaken in een kroeg wordt steeds populairder. Voor de kroeg zijn consumerende bezoekers welkom op de stille avonden of middagen. De gratis accommodatie is meegenomen voor de schakers.
Scholen / buurtcentra
Er zijn heel wat schaakclubs (vooral jeugdclubs) die in een school schaken. Vaak komt het contact doordat een leraar van die school betrokken is bij de schaakclub, maar ook omdat de school een schaakleraar zocht en het contact op die manier tot stand is gekomen. Hetzelfde komt voor bij buurtcentra.
(*) Als twee of meer verenigingen samen extern willen uitkomen, kan dat op een van de volgende manieren:
- Onder de naam van een van de twee verenigingen. In dat geval worden de leden van de andere vereniging tevens (dubbel)lid bij de vereniging waarvoor ze willen uitkomen;
- Onder een nieuwe naam. Oftewel er wordt een nieuwe vereniging opgericht, waar zowel de leden van de ene als van de andere vereniging (dubbel)lid worden. Voorbeelden – in het verleden – zijn JSC Friesland, JSC Opsterland, Westlandse Schaak Combinatie. Deze verenigingen zijn speciaal in het leven geroepen om in gezamenlijk (op een hoger niveau) in competitieverband uit te kunnen komen.
Informeer bij uw regionale bond en/of de KNSB naar de mogelijkheden voor dit soort constructies.